Een nieuwe methode om kanker op te sporen

Onderzoekssamenvatting
Gepubliceerd op 14 mei 2019
Genetisch onderzoek helpt de arts om te voorspellen of de gewenste behandeluitkomst haalbaar is. Maar genetisch onderzoek in de huidige vorm is niet voor alle kankers geschikt. Een update van de techniek is daarom nodig.
Doel van dit onderzoek
Met dit onderzoek willen de onderzoekers een genetische onderzoeksmethode verbeteren zodat die bepaalde DNA-fouten betrouwbaarder opspoort in solide tumoren (d.w.z. geen bloedkanker).
Waarom is dit onderzoek nodig?
Dit onderzoek is nodig omdat genetisch onderzoek een belangrijke voorspeller is voor de behandeluitkomst, maar oorspronkelijk voor bloedkanker ontwikkeld is en niet voor solide tumoren. Daarom is een aanpassing van de techniek nodig.
Eerst iets meer over genetisch onderzoek. Nu wordt al standaard gezocht naar bepaalde DNA-fouten in solide tumoren. Dit onderzoek stelt ons voor nieuwe uitdagingen. De verwerking van een biopt (stukje tumorweefsel) uit een solide tumor gaat anders dan bij bloedkanker. Door de noodzakelijke bewerking van het tumorweefsel is het genetische onderzoek bij solide tumoren minder betrouwbaar.
De onderzoekers van dit projectvoorstel stellen daarom een nieuwe techniek voor. Deze technologie heet 4C- FFPE. Uitgebreid onderzoek is nodig voordat die technologie in praktijk toegepast kan worden.
Wat levert dit onderzoek op?
Uit dit onderzoek zal moeten blijken of deze nieuwe techniek bepaalde DNA-fouten beter opspoort in solide tumoren dan de gebruikelijke techniek. Als dit inderdaad zo is, dan kan de behandeluitkomst voor patiënten met solide tumoren in de toekomst beter ingeschat worden.
Hoe wordt dit onderzoek uitgevoerd?
Om dit onderzoek uit te voeren zullen de onderzoekers zich richten op longkanker, wekedelenkanker en klierkanker. Van deze kankersoorten hebben de onderzoekers meerdere monsters tot hun beschikking, waarvan bekend is dat er bepaalde DNA-fouten in zitten. Met behulp van deze monsters kunnen de onderzoekers achterhalen of de nieuwe techniek deze DNA-fouten even goed opspoort als de oorspronkelijke techniek. Daarbij willen de onderzoekers weten of de kosten van de nieuwe techniek opwegen tegen de eventuele gezondheidswinst die de techniek kan opleveren.